Plant een Boompje
God keek naar wat Hij had gemaakt en noemde het zeer goed. Best wel vreemd. Want Hij had er de boom van narigheid ook ingeplant. De boom van kennis van goed en kwaad. Hoe kan het zeer goed zijn als er kennis van het kwaad is, zul je misschien denken?
Misschien was het wel rechtvaardig, dat die boom er stond. Want als er kwaad is, wil je dat dan niet laten weten aan de mensen van wie je houdt? Bovendien was de boom zelf, geen kwaad. Wat men ermee deed was kwaad. En ik denk niet dat God die boom heeft geplant om ons te testen. Ik ben die gedachte namelijk nog niet in de Bijbel tegengekomen.
Wanneer een timmerman een tafelblad maakt, krijg je automatisch een bovenkant en een onderkant. Ze bestaan omdat het tafelblad bestaat. Zo is het ook met God. Hij is het ultieme goede. Er is totaal geen zelfzucht in Hem. Het tegenovergestelde van God is automatisch ultiem slecht en zelfzuchtig, egoïstisch. Nu wordt deze kant pas actief, wanneer iemand er gebruik van maakt, hetgeen God aan Adam verbood.
Eigenlijk draait die vrucht om zelfzucht, het ego, het ik. Want zij leerden het goede kennen door de omgang met God. Door te eten kregen Adam en Eva niet een beter inzicht in het goede, maar leerden alleen het kwade kennen. Alleen datgene wat tegenover God staat. Zie ook mijn artikelen over toverij 1; 2; 3. Wanneer het kenmerk van die vrucht egoïsme is, dan begon men er al van te eten, terwijl ze naar de leugens van satan luisterden. Eva zag immers dat de vrucht een lust voor het oog was, lekker en goed om via de gemakkelijke en snelle weg, ‘verstandig’ te worden.
Vraagje: Wanneer wij luisteren naar redeneringen en / of leugens, die inspelen op ons ik, ons zelfbesef de zogenaamde noodzaak tot zelfverwerkelijking, eten wij dan niet ook van deze vrucht? Een stapje verder. Hoe herkennen wij de meer subtiele redeneringen, die een rechtstreeks gevolg zijn van deze vrucht? In bijvoorbeeld sociaal, maatschappelijk, wetenschappelijk, onderwijskundig, moreel gebied. Maar ook, die binnen ons eigen kleine leven.